2 december 2021

Ter gelegenheid van de ondertekening van een gemeenschappelijk protocol over de internationale betrekkingen, hebben Stéphanie Lievin (communicatiemedewerker ITAA) en Jan Laplasse (communicatieverantwoordelijke IBR) een ontmoeting gehad met de voorzitters van beide instituten (Bart Van Coile - ITAA en Tom Meuleman - IBR) om hen een reeks vragen te stellen.
Laten we eens kijken naar de sterke punten en opportuniteiten van dit protocol.

 



TM= Tom Meuleman BVC = Bart Van Coile

I = interviewers (Jan Laplasse en Stéphanie Liévin)

 

IWaarom hebben het IBR en het ITAA een protocol inzake internationale betrekkingen opgesteld?

 

TM:

“België is een heel klein land. Als we enige invloed willen uitoefenen in de internationale organisaties waarvan onze beide instituten lid zijn of waarin ze vertegenwoordigd zijn, moeten we onze krachten bundelen.
De ervaring leert dat landen die gecoördineerd optreden binnen internationale instellingen, hun invloed bij die instellingen aanzienlijk vergroten. Dit is het doel van het protocol dat we hebben ondertekend.”

 

BVC:

“Sinds 2010 is er een positieve samenwerking tussen de diensten van de twee instituten (met name de huisvesting van de teams in een gemeenschappelijk gebouw met het oog op meer efficiëntie). In 2021 lijkt het ons aangewezen deze samenwerking ook op het niveau van de internationale instanties geleidelijk op te voeren. Wij streven er ook naar om beter met onze leden te communiceren over internationale topics.”

 

IWelke internationale instellingen vallen onder dit protocol?

 

BVC:

“Dit zijn de instellingen waarvan zowel het ITAA als het IBR lid zijn of waarin ze vertegenwoordigd zijn, namelijk Accountancy Europe, IFAC, EFAA en Fidef. Uiteraard staat het elk instituut vrij zich aan te sluiten bij specifieke organisaties in functie van de behoeften van zijn leden.
Het protocol is evenwel zo opgezet dat het onze instituten niet mag beperken. Er wordt een duidelijk kader vastgesteld voor een harmonieuze samenwerking tussen de twee Belgische instituten die de economische beroepen vertegenwoordigen.”

 

I: Laten we eens een polemische vraag stellen. Is dit protocol voldoende? Zou het niet eenvoudiger zijn geweest om het IBR en het ITAA te fusioneren?

 

TM:

“Het idee van een fusie van het IBR en het ITAA werd in het kader van de toen nog te onderhandelen fusie tussen het IAB en het BIBF door onze respectieve raden niet gesteund. De specialisatie van de beroepen en de gevoeligheden aan beide zijden maakten deze fusie niet mogelijk.
Dit belet ons echter niet onze werkzaamheden te coördineren. Op 16 maart 2020 werd een eerste protocol ondertekend over de samenwerking tussen onze twee instituten, die sindsdien uitstekend verloopt.
Het is nu een kwestie van nog een stap verder te gaan op het vlak van de internationale betrekkingen. We hebben immers vastgesteld dat onze standpunten zeer vaak overeenstemmen wanneer het erom gaat de belangen van het beroep op Belgisch niveau te verdedigen. Daarom hebben we samen met Bart Van Coile voorgesteld om de beginselen van deze internationale samenwerking op papier te zetten.”

 

I Wat zijn de onderliggende beginselen van dit protocol?

 

BVC:

“Het protocol bepaalt dat elk instituut op evenwichtige wijze vertegenwoordigd zal zijn in de bestuursorganen van de internationale instellingen. Ook het principe van de ‘beurtwissel’ is hier mogelijk. Het uiteindelijke doel is dat wij in deze internationale organen onze standpunten kunnen coördineren.
Er zijn momenteel belangrijke discussies gaande waarbij wij onze inspanningen moeten coördineren. Denken we aan de ontwikkeling van de Europese wetgeving inzake AML (Anti Money Laundering) of het voorontwerp inzake de audit van minder complexe entiteiten.
Laat ons niet vergeten dat wij lid zijn van deze instellingen om de belangen van onze leden te behartigen. Door onze inspanningen te coördineren, kunnen wij alle beroepsbeoefenaren in ons land beter van dienst zijn, of het nu gaat om accountants, belastingadviseurs of bedrijfsrevisoren. Onze leden willen dat wij hun belangen doeltreffend en efficiënt behartigen. Dit is een kwestie van gezond verstand.”