3 mei 2021

Lieven Acke, bedrijfsrevisor

 

Binnen zijn bevoegdheid ontwikkelde het College van toezicht op de bedrijfsrevisoren (CTR) een toezichtmethodologie met betrekking tot de werkzaamheden van de commissaris bij een failliet verklaarde vennootschap. 

Het College bepaalt in dergelijke dossiers in eerste instantie of de werkzaamheden van de bedrijfsrevisor nader onderzoek vereisen aan de hand van een welbepaalde risicoanalyse. Deze risicoanalyse houdt rekening met de door het College vastgelegde knipperlichten, zoals onder meer de verantwoording van de continuïteit van de gecontroleerde entiteit en de toepassing van de alarmbelprocedure. Ook niet-financiële indicatoren, zoals bijvoorbeeld een eventuele afwijking in de duurtijd van een boekjaar, worden in rekening gebracht.

Het Werkprogramma 2021 van het College voorziet ook in 2021 dat een aantal faillissementsdossiers zullen worden onderzocht. Hierbij zal het College een risicogesteunde benadering blijven hanteren bij de controle van de werkzaamheden van de commissaris rond de continuïteit van een onderneming die later failliet wordt verklaard.

Ondertussen heeft het College in de Mededeling van 4 maart 2021 inzage gegeven in de resultaten van de controles uitgevoerd op faillissementen opgevallen in het tweede semester 2019 en het eerste kwartaal 2020.

Vastgesteld werd dat in de overgrote meerderheid van de onderzochte faillissementen de commissaris voldaan heeft aan zijn plicht om het bestuursorgaan in te lichten in geval van gewichtige en overeenstemmende feiten. Tevens blijken de verslagen van niet-bevinding te gepasten tijde te zijn opgesteld.

Te vaak heeft het College evenwel moeten vaststellen dat de commissaris op onvoldoende wijze de maatregelen die de vennootschap in het vooruitzicht stelt om de continuïteit van de economische activiteit voor een minimumduur van twaalf maanden te vrijwaren, ten gronde onderzocht, beoordeelde en opvolgde.

Tevens heeft het College vastgesteld dat de werkzaamheden omtrent de continuïteit van de vennootschap niet altijd voldoende omstandig en gestructureerd werden gedocumenteerd in het controledossier.

Het College herinnert er ten slotte aan dat, wanneer de commissaris geen commissarisverslag heeft ondertekend (bijvoorbeeld omdat de vennootschap ondertussen failliet werd verklaard), hij binnen een redelijke termijn na de datum van het faillissement van de vennootschap zijn controledossier moet archiveren.

Het College sluit deze mededeling af met de melding dat het erop rekent dat de bedrijfsrevisoren deze opmerkingen ter harte zullen nemen.

De timing van de mededeling is trouwens goed gekozen: de going concern consequenties van de COVID-pandemie zijn dusdanig dat het continuïteitsvraagstuk in tal van commissarismandaten aan de orde is.

Het College heeft op nuttige wijze eenieder herinnerd aan de verplichtingen opgelegd door ISA 570.

In dit verband  kan eveneens worden verwezen naar de ICCI-Covid-19 FAQ Hoe met de gevolgen van COVID-19 omgaan in het commissarisverslag boekjaar afgesloten op 31/12/2020?