13 juni 2022

Normen inzake de opdrachten van de commissaris bij de artikelen 5:142 - 5:143 en 6:115 - 6:116, § 1 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen (nettoactief- en liquiditeitstest)

Geldende normen

Deze normen treden in werking voor de verslagen uitgebracht vanaf 13 juli 2022, hetzij één maand na de bekendmaking van het bericht in het Belgisch Staatsblad.

Consultatieprocedure

Overeenkomstig artikel 31 van de wet van 7 december 2016 tot organisatie van het beroep van en het publiek toezicht op de bedrijfsrevisoren heeft de Raad van het IBR van 1 december 2020 tot 31 januari 2021 twee ontwerpnormen ter openbare raadpleging voorgelegd.

Volgend op deze openbare raadpleging heeft de Raad van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren, op 02 juni 2021 de ontwerpnormen aangenomen en ter goedkeuring voorgelegd aan de Hoge Raad voor de Economische Beroepen en de minister bevoegd voor Economie.

Overeenkomstig artikel 31, §1, 5de en 6de lid van de wet van 7 december 2016 tot organisatie van het beroep van en het publiek toezicht op de bedrijfsrevisoren, werd het Instituut gehoord door de Hoge Raad voor de Economische Beroepen. Deze laatste heeft de Raad van het IBR tweemaal gevraagd om de aangepaste ontwerpnormen te herformuleren op basis van zijn eigen opmerkingen, de hoorzitting of de opmerkingen van het College, de FSMA en/of de Nationale Bank van België.

Overeenkomstig artikel 31, § 2 van voormelde wet, werden beide ontwerpnormen, aangenomen door de Raad van het IBR op 28 januari 2022, door de Hoge Raad voor de Economische Beroepen goedgekeurd op 11 februari 2022 en op 12 mei 2022 door de Minister die bevoegd is voor Economie goedgekeurd. Deze goedkeuring heeft het voorwerp uitgemaakt van een bericht door de minister die bevoegd is voor Economie, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 13 juni 2022, p. 50549.

Het IBR werkt intussen verder aan een technische nota die de normen zal aanvullen met praktische overwegingen.

    Het IBR heeft binnen de termijn van de openbare raadpleging (1 december 2020 tot 31 januari 2021) van 5 respondenten (bedrijfsrevisoren, bedrijfsrevisorenkantoren die de vennoten en de medewerkers vertegenwoordigen, alsook van andere belanghebbende partijen) een reactie ontvangen.

    U kan hierna het standpunt van de Raad van het IBR omtrent de ontvangen reacties hierna terugvinden. In het kader van de regelgeving betreffende de bescherming van het privé-leven, werd de uitdrukkelijke toestemming van de respondenten gevraagd om de integrale brieven te publiceren op de website van het IBR.

    Ontvangen reacties:

    Ontwerpen zoals voorgelegd aan openbare raadpleging